Van
13 december t/m 28 april 2006 vindt in het Singermuseum in Laren de
tentoonstelling “Mondriaan, Breitner, Sluijters e.a. De onstuitbare
verzamelaar J.F.S. Esser” plaats.
Bijschrift
bij de tentoonstelling: “Johannes Fredericus Samuel Esser (1877-1946) was een
man met idealen, grondlegger van de plastische chirurgie, kunstverzamelaar,
schaakkampioen, maar ook een handelaar en speculant in onroerend goed. Een man
die risico’s durfde te nemen en zeer gedreven was. Hij deed er alles aan om
zijn droom te verwezenlijken: het stichten van een onafhankelijke chirurgische
vrijstaat.”
Hoezo
schaker zullen de meeste van de lezers denken. Jan Esser wordt dus door Hans Ree
(in het boek Schitterend Schaak) niet ten onrechte “de vergeten kampioen”
genoemd. Immers, hij is zelfs 2x Nederlands Kampioen geweest.
In
1908 won Jan Esser ex aequo met M.F.S. Pape de eerste prijs in de hoofdgroep van
de Bondswedstrijden in Haarlem. Dit toernooi werd in die tijd, toen er nog geen
officieel kampioenschap bestond, als het onofficiële Nederlands kampioenschap
beschouwd. En officieel Nederlands kampioen werd hij in 1913 door Rudolf Loman,
de kampioen van 1912 in een match over maximaal zes partijen met 3,5-0,5 te
verslaan. Verder speelde Esser vooral veel korte matches. Zo wist hij
bijvoorbeeld in 1910 Yanowsky met 2-1 te verslaan. (Dezelfde Yanowsky die in die
jaren een match tegen Lasker gelijk wist te spelen.) Maar een wereldtopper was
Esser zeker ook niet. In Londen 1899 scoorde hij bijvoorbeeld slechts 4 uit 11,
ver achter echte toppers als Marshall, Marco en Mieses.
Maar
ook als schaakorganisator was Esser zeer actief. Al in 1893 richtte hij in
Leiden samen met een paar klasgenoten de schaakclub Morphy op. Van 1898 tot 1915
zat hij in de redactie van het Tijdschrift, orgaan van de Nederlandse
Schaakbond. Hij was in 1908/1909 enkele maanden voorzitter van de Nederlandse
Schaakbond. En in 1910 richtte hij de Amsterdamse Schaakclub Parkwijk op. Van
1909 tot 1913 verzorgde hij tenslotte ook nog de zaterdagse schaakrubriek van
het Algemeen Handelsblad.
Na
zijn studie medicijnen en tandheelkunde maakte Esser in de winter van 1903/1904
als schakend
scheepsarts een reis naar Zuid Amerika en de Verenigde Staten. Bovenstaande foto
is tijdens deze reis in 1904 in Caracas, Venezuela, genomen. De foto is ook op de tentoonstelling te zien.
Terug in Nederland was Esser als
huisarts werkzaam eerst in Polsbroek en vervolgens van 1905 tot 1913 in
Amsterdam. Esser en zijn vrouw Olga verlieten Amsterdam in 1913. Hij was toe aan
een nieuwe uitdaging en wilde zich specialiseren in de reconstructieve
chirurgie. Zowel bij mensen met aangeboren gelaatsafwijkingen als bij de –
vaak juist in het gelaat - zwaar verminkte slachtoffers van de Eerste
Wereldoorlog. Hij volgde zijn specialisaties in Utrecht, Rotterdam en Parijs. In
1915 werd hij chirurg aan het front in Moravië. Zijn eerste operatie – het
verwijderen van een kogel uit een hoofd van een soldaat -
was zo succesvol dat Esser tot hoofdchirurg werd aangesteld. In 1916
kreeg hij in Wenen de verantwoordelijkheid voor alle plastische gevallen. Van
1917 tot 1924 had hij een privé-kliniek in Berlijn. Esser verrichtte
baanbrekende operaties en had internationaal grote faam. Bekend zijn de Esser
‘inlays’ en ‘biologische lappen’. Zijn laatste jaren bracht Esser in
isolement door. Hij overleed in 1946 in de VS. Meer dan 100 waardevolle
publicaties over plastische chirurgie heeft hij nagelaten. Esser wordt beschouwd
als de grondlegger van de plastische chirurgie.
Esser
had als droom het realiseren van een onafhankelijke chirurgische vrijstaat waar
plastische chirurgie voor iedereen beschikbaar zou zijn. Een staat met een eigen
staatsvorm, waar iedereen terecht kon, ongeacht geloof, afkomst of ras. Daartoe
reisde hij vrijwel onafgebroken heel Europa door en kreeg hij steunbetuigingen
van onafzienbare reeks invloedrijke personen,
zoals Mussolini, Franco, Salazar, Koningin Wilhelmina en Koning George
van Griekenland. Die vrijstaat was bijna een feit geworden toen Esser in 1937
een Grieks eiland ter beschikking werd gesteld. Door eigen toedoen werd de droom
echter geen werkelijkheid daar Esser totale onafhankelijkheid eiste en niet
toestond dat er twee Grieks politieagenten op het eiland werden gestationeerd
voor de openbare orde.
In
zijn Amsterdamse periode als arts (1905-1913) bracht Esser meer dan 800
kunstwerken bij elkaar. Onder zijn patiënten telde hij mensen als Sluijters en
Breitner, die hem zo weer introduceerden bij andere kunstenaars. Hij ontmoette
ze op kunstenaarssociëteit Arti et Amicitiae en in zijn souterrain aan de
Willemsparkweg waar hij wekelijks een ontvangst organiseerde. Esser kocht direct
bij de kunstenaars. Juist het ‘uit de eerste hand’ verzamelen en zijn keuze
voor jonge, nog onbekende kunstenaars typeerden hem als vooruitstrevend
verzamelaar. Vanaf 1907 richtte hij zich op de nieuwe in die tijd
‘ultra-moderne’ kunstenaars als Jan Sluijters, Leo Gestel, Piet Mondriaan en
Piet van der Hem. In die periode werd hun werk regelmatig afgekraakt door de
pers en geweigerd voor tentoonstellingen. Esser steunde ze niet alleen, maar
zorgde ook voor naamsbekendheid. Hij wordt beschouwd als de eerste serieuze
Mondriaan-verzamelaar.
Deze
destijds door Esser verzamelde collectie is nu dus te zien in het Singermuseum
in Laren. Daarnaast zijn er nog wat algemene zaken rond de persoon van Jan Esser.
Op schaakgebied valt er verder, naast de bovengetoonde foto, niet zo heel veel
te bewonderen. Wel is er een schaaksimultaan met Hans Böhm (zie onder.)
Bij
de tentoonstelling hoort nog de documentaire "IK WIL KONING ZIJN, De
onstuitbare verzamelaar J.F.S. Esser, over zijn leven, werk en kunst." De
documentaire werd uitgezonden op 11 december en zal worden herhaald op 28
januari om 16.30 uur. De film is tevens te zien tijdens de tentoonstelling in
het Singermuseum in Laren. In de film worden de persoon, leven en collectie van
Esser belicht. Aan het woord komen diverse personen, waaronder
schaakgrootmeester en columnist Hans Ree.
-
18 februari 2006 13.30 – 16.00 uur
Schaaksimultaan
met Hans Böhm Schaken in het museum!
-
Introductie Esser-tentoonstelling
29
dec, 19 en 26 jan, 16 en 23 feb, 23 en 30 maart, 20 en 27 april 12.15 uur
-
Lezing over de verzamelaar Esser 13 maart 2006 20.15 uur
Verder
info: Singer Laren, Oude Drift 1, Laren,
Openingstijden
Di t/m zo 11-17 uur
Extra
open op maandag 26 dec. Gesloten op 25 dec. en 1 jan.